‘Dankzij de post-hbo forensische psychiatrie heb ik nu een expertrol in het team’

Interview met Marije Janse, oud-deelnemer

16 februari 2022
 

Marije Janse

In de post-hbo opleiding forensische psychiatrie werk je aan specifieke kennis, vaardigheden en attitude. Wat brengt je dat in je dagelijkse werk? Oud-deelnemer Marije Janse deelt haar ervaringen.

Als casemanager maatschappelijk justitiële dienstverlening bij Emergis kreeg Marije Janse steeds vaker te maken met aspecten uit de forensische psychiatrie. ‘Zoals dat in de praktijk gaat, pak je alle werkzaamheden gewoon op. Maar we merkten in het team dat we toch echt expertise op het forensische vlak misten; ik ben daarom de opleiding Forensische psychiatrie gaan volgen. Een programma van ruim een jaar, met groepsgenoten uit verschillende takken van de zorg- en hulpverlening’, vertelt ze.

Delictgedrag

Met de kennis die Janse opdeed in de cursus, kon ze direct in de praktijk aan de slag. ‘In de forensische hulpverlening heb je veel te maken met zaken als delictgedrag en voorwaarden vanuit de reclassering, je balanceert dus steeds op het snijvlak van justitiekaders en hulpverlening’, legt ze uit. ‘Regelmatig levert dat dilemma’s op als: als ik deze informatie deel met justitie, hoe houd ik dan de relatie met de cliënt goed en kan ik dus kwalitatief goede hulpverlening bieden die aansluit op de achtergrond van de cliënt.’

Psychopathologie

De theoretische kennis uit de cursus gaf Janse daar handvatten bij. Zo kan ze nu meer terugvallen op en verklaren uit de psychopathologie. ‘Psychopathologie was een heerlijk, interessant vak. Het maken van een status mentalis en het in beeld brengen van de copingstijl van een cliënt heeft mij veel opgeleverd over hoe ik nu kijk naar gedrag’, zegt ze.

Herstelgericht werken

Daarnaast heeft Janse dankzij de cursus meer zicht op waarom ze doet wat ze doet. ‘Bijvoorbeeld als het gaat om herstelgericht werken: ik ben me nu bewuster van het kijken naar kansen en krachten en hoe ik dit theoretisch kan verankeren. Daarnaast heb ik veel kennis opgedaan over risicotaxatie en wat ik ermee kan in mijn eigen werk’, aldus Janse. ‘Ik heb ook meer geleerd over de diagnoses die behandelaren stellen en de relatie die dat heeft met delictgedrag. Ik kan mijn begeleidingsstijl er meer op aanpassen.’

Casuïstiek

Naast de theorie vond Janse vooral het uitwisselen van cases en ervaringen met groepsgenoten heel waardevol in de opleiding forensische psychiatrie. ‘Elkaar bevragen, op een kritische maar respectvolle manier, meedenken, de herkenning: ontzettend van toegevoegde waarde. Zelf heb ik bijvoorbeeld veel geleerd van intervisie met mijn teamgenoten. Door zelf casuïstiek in te brengen, kreeg ik meer zicht in mijn handelen en leerde ik van hoe anderen ermee om zouden gaan’, zegt ze. ‘En een onverwacht voordeel van de groepscursus: ik heb er een fijn hulpverleningscontact uit de regio aan over gehouden: een jeugdzorgwerker waarmee ik nauw kan samenwerken of waarmee ik kan sparren.’

Reguliere ggz

Janse is binnen haar team nu het vaste aanspreekpunt geworden op forensisch psychiatrisch vlak. ‘Ik voel me sinds de cursus ook echt meer een expert. Als je geen forensische kennis hebt binnen de psychiatrie, kun je op sommige momenten niet de passende begeleiding of behandeling bieden. Ik zou ggz-professionals dan ook aanraden deze cursus te volgen, juist als je in de reguliere ggz werkt. Daar komen nog altijd veel forensische patiënten terecht. Op plekken als een HIC of ook in de ambulante hoek waar complexe problematiek speelt. Forensische kennis komt zeker van pas.’

Meer weten over de opleiding forensische psychiatrie?