Affect Fobie Therapie (AFT)
Tijdens een intake presenteert een patiënt klachten en symptomen, persoonlijkheidstrekken, relatieproblemen en ingrijpende levensgebeurtenissen. Hoe raakt de behandelaar wegwijs in deze rijkdom van klinisch feiten? Hoe bepaalt hij een doel voor de behandeling? Het psychodynamisch werkmodel van de Affect Fobie Therapie (AFT) is bij uitstek geschikt om klinische informatie te ordenen en een behandelplan op te stellen. De conflict- en personendriehoek van Malan staat daarbij centraal. Met dit model brengt de behandelaar in kaart welke intra- en interpersoonlijke kernconflicten bepalend zijn in de problematiek van de patiënt, hoe deze samenhangen met diens geschiedenis en herhaald worden in huidige relaties, ook die met de therapeut. Daarmee biedt het AFT-werkmodel niet alleen een aanvulling op de DSM 5-diagnose, maar ook een heldere route voor de behandeling. De kernconflicten worden besproken met de patiënt, om zo te bepalen of de hypothesen kloppen en de behandeling op koers ligt.In het artikel gaat Quin van Dam in op de basisprincipes van AFT, de elementen van het AFT-werkmodel, de formulering van de kernconflicten en de toepassing daarvan in de praktijk.
Lees ook het vervolgartikel: Affectfobietherapie (AFT) in de praktijk