Eileen werkt als gedragsdeskundige bij Reinaerde, een organisatie voor mensen met een verstandelijke beperking. ‘Ik ben hier in 2006 als stagiaire begonnen vanuit mijn opleiding aan het mbo. Omdat ik steeds verdieping zocht, ben ik naast mijn werk hbo gaan doen en daarna de master Pedagogische Wetenschappen aan de universiteit. Als gedragskundige leg je elke dag met het team een puzzel. Je onderzoekt waar bepaald gedrag vandaan komt en of je dat kunt verklaren. Ik werk voornamelijk met volwassenen met een ernstige verstandelijke beperking. Deze mensen hebben een ontwikkelingsleeftijd van nul tot vier jaar. Hun gedrag wordt niet altijd begrepen, waardoor we soms voor complexe vraagstukken staan. Met elkaar proberen we de puzzelstukjes te leggen. Die uitdaging ga ik graag aan.’
‘Er is geen cliënt zonder omgeving. En die bevat een schat aan informatie die bijdraagt aan betere zorg’
Interview met Eileen Huussen
Voor Eileen Huussen (38), die in januari met de opleiding voor orthopedagoog-generalist (OG) is gestart, heeft de toegevoegde waarde van de OG voor de zorg voor mensen met een verstandelijke beperking zich al bewezen. ’Hoe moeilijker de cliënt zich kan uitdrukken, hoe belangrijker het is om de omgeving mee te nemen in de behandeling. De OG is juist daarop gericht.’
'Doordat ik al ervaring heb als orthopedagoog, maar ook als begeleider, is de lesstof en de casuïstiek heel herkenbaar en blijft beter hangen. Die verdieping neem je mee de werkvloer op’
Eileen Huussen
Lesstof en casuïstiek heel herkenbaar
‘Mijn cliënten wonen hier en hun omgeving bestaat uit medebewoners, een begeleidersteam, ouders/verzorgers, broers, zussen en vrijwilligers. Soms is er sprake van bijkomende problematiek, zoals autisme of fysieke problemen in de mobiliteit. Dat heeft invloed op hoe iemand functioneert en zich gedraagt. Omdat ze niet de verbale mogelijkheden hebben, laten deze cliënten vaak in gedrag zien wat ze bedoelen. Binnen Reinaerde werken we multidisciplinair. We zetten verschillende expertises in, zoals een logopediste, ergotherapeut, bewegingstherapeut, psychomotorische therapeut of een fysiotherapeut die meedenken over wat er op dat moment nodig is. Met elkaar proberen we de diverse signalen zo goed mogelijk te begrijpen en erop te handelen.’‘Op de opleiding voor OG krijg je zowel praktijkgericht als theoretisch onderwijs. Over hoe je diagnostiek uitvoert, maar ook over inhoudelijke thema's als gehechtheid of ouderbegeleiding. De groepsdynamiek is belangrijk, want je bent met elkaar heel actief bezig. We doen veel rollenspellen en bespreken veel casuïstiek. Een veilige omgeving is een voorwaarde. Ik voel veel betrokkenheid en een goede sfeer. Alle klasgenoten zijn werkzaam in het vak. Er is dus veel kennis en die kunnen we delen. Doordat ik al ervaring heb als orthopedagoog, maar ook als begeleider, is de lesstof en de casuïstiek heel herkenbaar en blijft beter hangen. Die verdieping neem je mee de werkvloer op.’
Inzoomen op de professionele houding
Een van de belangrijke onderdelen van de OG-opleiding is supervisie, in de groep of individueel. ‘Je brengt casuïstiek in bij je supervisor en medesupervisanten, en zoomt in op je eigen professionele houding en rol. Dat is ook persoonlijk, want wat maakt dat deze casus iets met jou doet, en met de ander niet? De feedback van anderen geeft je stof tot nadenken. Dat is natuurlijk spannend, maar de docent pakt dat goed aan met hele mooie werkvormen. Zo begonnen we met het maken van een levensloop. Na elke supervisie schrijf je een reflectieverslag.’De inzet van een OG bij instellingen neemt toe. ‘Investeren in een OG heeft absoluut toegevoegde waarde. Zowel direct op de werkvloer als op langere termijn in het beleid. Als organisatie wil je immers proactief zijn en een stevig behandelklimaat neerzetten voor de toekomst. De rol van de OG’er is om juist dat pedagogische stuk sterk neer te zetten. Mensen met een verstandelijke beperking vinden het ingewikkeld om zelf alles goed te verwoorden of te begrijpen. Dus dan heb je die context heel hard nodig.’