Paul Korsten verzorgt samen met Gert-Jan Prosman en Marjolein Vleugel de keuzemodule ‘Acceptance and commitment therapy (ACT)’. In de huidige hulpverlening wordt – impliciet – veelal uitgegaan van het streven naar geluk. Behandelprotocollen zijn vooral gericht op het afkomen van klachten. ACT is een nieuwe variant in gedragstherapie vanuit het perspectief dat psychologische pijn juist een onlosmakelijk deel van het menselijk bestaan is en een eigen plek verdient.
Paul: ‘Gedragstherapie is lang gedragstechnologie geweest. Strijden tegen klachten werkt echter vaak averechts. ACT benadert klachten als angst en depressie niet zozeer als stoornissen die bestreden moeten worden, maar als eigenschappen die een plek verdienen in iemands leven en waarmee iemand moet leren omgaan. Pijn en lijden horen bij het leven. Het vraagt alleen een andere instelling om daarmee om te gaan.’
‘Gedragstherapie is lang gedragstechnologie geweest’
Interview met Paul Korsten
Deelnemers van de GZ-opleiding volgen in het voorjaar van het tweede opleidingsjaar een keuzemodule. Hiermee bevordert de RINO Groep het gepersonaliseerd opleiden van deelnemers, rekening houdend met de al aanwezige kennis, kunde en ervaring. Drie docenten geven een voorproefje van de inhoud, met als tweede: Paul Korsten.
'Mensen - dus ook deelnemers en cliënten - zitten vrij veel in hun hoofd. ACT nodigt uit om het sturende hoofd opzij te zetten.'
Paul Korsten
‘Deelnemers ervaren ACT vaak als een opluchting. Zij zien de benadering als bevrijdend, omdat ze niet met regeltjes en protocollen te maken hebben. De cliënt hoeft geen strijd aan te gaan, maar “slechts” te ervaren wat hij heeft. Het is een humane manier van behandelen, waarin er sprake is van een meer gelijkwaardige relatie tussen de behandelaar en de cliënt.’
‘Ik krijg weleens vragen of deze vorm van therapie ook werkt bij mensen met schizofrenie, mensen die stemmen horen of mensen met autisme. Dat laat ik ze aan de hand van een oefening zien. In die oefening speelt de behandelaar tijdens een wandeling het verstand van de cliënt. Hoe ervaart de cliënt het als er letterlijk een babbelbox achter hem loopt? Kan hij de stemmen dan meer los zien van zichzelf en daarmee meer vrijheid creëren om niet de stemmen in zijn hoofd te volgen en weer regie te pakken over eigen beslissingen?’
‘Helaas zijn dergelijke oefeningen met cliënten door de coronamaatregelen momenteel niet mogelijk. Het werkt toch anders vanachter een computer, meer tweedimensionaal. Op voorhand had ik enkele opdrachten al vervangen voor digitale alternatieven. Dat ging beter dan verwacht en ook de deelnemers gaven aan niet het gevoel te hebben iets te missen.’